Getuigenis: Mijn opname in de moeder en baby unit

Getuigenis: Mijn opname in de moeder en baby unit

11 minuten leestijd 5 januari 2021

Alles begon goed

article?.title

Ik had een fijne rustige zwangerschap en onze baby deed het goed. Ik beviel uiteindelijk 10 dagen later dan de geplande datum. Ook de bevalling verliep vrij vlot volgens de gynaecoloog. Ik vond dat toch wel behoorlijk intens. De borstvoeding kwam heel traag op gang en ons kleine meisje kon heel erg luid huilen. Ons kindje verloor gewicht en ik moest een dag langer blijven. Ik voelde me heel erg geleefd in het ziekenhuis. En de dokter die me een dag langer liet blijven vond ik ook heel apathisch. Misschien was daar het eerste zaadje van de onzekerheid geplant? 

 

De maanden gingen voorbij, er kwam heel veel bezoek, de nachten waren zwaar. Alles ging goed tot ze ongeveer 6 maanden was. Ik kon ze sowieso niet goed loslaten en wist dat ik het hiermee wel eens moeilijker zou kunnen hebben dan ik had gedacht. Ik ging niet zo graag naar buiten met B. omdat ik dat nogal omslachtig vond, ze huilde ook zo vaak en ik had schrik dat ik ze niet zou kunnen troosten op verplaatsing. Want mensen kijken dan naar jou en ik word daar zo zenuwachtig van.

 

Corona crisis

 

Toen volgde er een Corona crisis en lockdown, ze at zo moeizaam patatjes en fruitpap, ze dronk nog zo vaak aan de borst, ze sliep zo slecht, mijn schoonmoeder had commentaar over het feit dat ik nog altijd borstvoeding gaf en ik wel gek was... 

en ik denk dat dat de druppel was..

Ik was onzeker. Mijn kindje at weinig vast voedsel, weigerde het zelf. En ook flesvoeding of een flesje met borstmelk weigerde ze. Ik maakte me zorgen! Ze vermagerde en ik liet een lactatiekundige komen. Ook mijn vriend vond dat ik ineens een ‘verstikkende’ moeder was. Terwijl ik alleen maar het beste voor onze dochter wilde. Al deze kleine factoren, ik voelde me heel alleen staan, maakten dat ik bijna niet meer at en sliep. Ik was bang voor de nachten waarin ze ongeveer ieder uur wakker werd en bang voor de dagen, omdat ze ook toen vaak huilde en weinig sliep. Ik had zoveel nood aan slaap, maar het lukte me niet om te slapen. Ik stuurde een mail naar de gynaecoloog dat ik niet meer at en sliep en ik me heel slecht voelde. Hij antwoordde met ‘oeioei, dit is niet meer voor mij maar voor de psychiater’ en toen schoot ik al helemaal in een kramp en blinde paniek. 

 

Postnatale depressie

 

Ik Googlede postnatale depressie en kwam bij Wolk in mijn hoofd terecht. Daarin werd ik doorverwezen naar moeder&baby in Karus, een psychiatrische instelling. Maar ik ben toch geen psychiatrische patiënte? Ik ben gewoon een moeder die even in paniek is, hulp nodig heeft, goede raad wil en me even geborgen wil voelen. 

 

Ik krijg het hoofd van de dienst aan de lijn en die stelt me gerust. Hij heeft me goede moed gegeven en dat ik best contact opneem met de psychiater, dokter V. Dit blijkt een heel straffe madam te zijn die me moed geeft om verder te doen en me zo snel als mogelijk een afspraak geeft. Ze verklaart het als een negatieve spiraal waarin mijn kindje en ik zitten en we raken er zelf niet uit. Ze geeft me goede moed en sertraline, een antidepressivum. Ik ben zelf verpleegkundige en sta hier niet echt achter, maar ik geloof in haar diagnose. Ik ben uitgeput en kan 2 dagen later worden opgenomen. Ergens valt er een rust over mij dat er een oplossing komt. Dat ik niet alleen ben. 

 

De opname

 

Dag 1: een opname als moeder in een psychiatrie voelt vreselijk. Je voelt je falen in je moederschap en al de rest. Ik stel ook mensen teleur denk ik. Zoals mijn ouders en mijn vriend. Want zo erg is het nu ook weer niet, toch? Als ik de andere mama’s in de leefruimte zie knutselen, stort mijn wereld in. Moet ik dit ook doen? Ik kom hier toch helemaal niet om te knutselen? En ik ben niet zoals ‘die’ mama’s? Door corona ben ik verplicht om de eerste twee dagen op mijn kamer te blijven tot ik een negatieve test heb. Het zijn vreselijke dagen. Ze komen soms mijn dochter halen en dan hoor ik ze krijsen tot in mijn kamer. Ik huil liters en dagen lang. De eerste nacht mag ze bij mij op de kamer slapen in een reisbedje, ik ben opgelucht. Helaas krijst ze om 3u alles bij elkaar, waardoor ze haar bij me wegnemen. De vreselijkste uren uit mijn leven. Ze houdt het tot 6u vol om haar uiteindelijk in slaap te huilen. De nachtverpleegster komt vaak aan mijn bed zitten. Zegt dat ik helemaal op ben en dat ik nood heb aan rust. Dat ik dit zo niet kan volhouden. Is er dan iets met mijn kindje vraag ik me af? Ze verzekert me dat mijn dochter helemaal oké is, maar dat ze een hele pittige madam is. 

 

Na een emotioneel zware nacht komt de psychiater langs. Ze vindt dat we B. niet meer bij mij op de kamer mogen houden en vraagt of het oké is om ons te scheiden. Ik stem in. Ze zullen B. slaaptraining geven. Ik mag ze wel in haar bedje leggen en altijd voor haar zorgen. Zij nemen enkel over wanneer je naar therapie gaat, tijdens de nachten. Ik voel me vreselijk. Vraag me af of ik hier wel moet zijn? Ben ik wel op de juiste plaats? Gaan ze mijn dochter wel goed behandelen? 

 

De eerste week

 

De eerste week gebeurt er weinig. Het team kijkt vooral hoe je als ouders omgaat met je kind en we bespreken wat onze doelen zijn. In mijn geval is dat slaaptraining voor B., borstvoeding afbouwen, op mijn positieven komen en wat meer afstand kunnen doen van mijn kindje. Ik hoop na een week terug thuis te zijn, maar ze zeggen me al op dag één dat de gemiddelde opname drie maanden is. Dit voelt als een kaakslag. Alweer denk ik, drie maanden? Moet ik hier drie maanden zijn? Is dit wel nodig? 

 

Gelukkig is de psychologe een hele begripvolle dame die me meegeeft dat ik op ieder moment terug naar huis kan en ook de thuis begeleiding kan starten. Maar ze raadt me aan te proberen om het nog even vol te houden. Tijdens een opname kan je alles veel sneller en gerichter aanpakken dan thuis. Je hebt er veel therapie en ook de wekelijkse gesprekken met 2 psychologen. Een psychologe voor de mama’s en jouw persoonlijke achtergrond/problemen en een kinderpsychologe. Het kamertje is grauw, het eten vind ik maar niks, de mama’s ken ik nog niet. Geleidelijk vind ik er mijn draai. 

 

De weken erna

 

De eerste 3 weken huil ik zowat iedere dag. Daarna gaat het dag per dag beter. De mama’s zijn een leuk team en we begrijpen elkaar al heel snel. Heel veel mama’s zijn ook uit de zorgsector, wat me niet het gevoel geeft dat ik de enige ‘verpleegkundige’ ben die ‘niet voor haar kind kan zorgen’. Want daar draait het niet echt om. Soms wil je het gewoon te goed doen. Verwacht je zodanig veel van jezelf als mama, cijfer je jezelf weg voor je kindje en je partner, dat je over je grenzen gaat. 

 

Zo was dat in mijn geval en ook in het geval van de mama’s hier. Iedereen heeft zijn bagage in zijn rugzak, de ene heeft er al een zwaardere dan de andere. Maar we zijn allemaal mama’s die het beste voorhebben met ons kind. Ik dacht dat ik ging terecht komen bij mama’s die een zwaar psychische stoornis hadden, maar dat is niet (altijd) zo. Dus voelde ik me dag na dag minder die vreemde vogel in de psychiatrie. Een dienst moeder en baby zou perfect in een ziekenhuis of zelf in een gewoon centrum kunnen plaatsvinden. Ik kijk nu helemaal anders naar het woord psychiatrie. Dat is een ziekenhuis voor onze ziel, het emotionele. En ieder mens kan het eens moeilijk hebben. Ook al hebben we alle luxe. 

 

Na de eerste week krijg je een planning, je krijgt yoga, sport, knutselen voor moeder en baby, activiteitentherapie voor mama’s, sherborne (bewegingspedagogiek, lijkt wat op yoga met je kindje), mindfulness met baby, koken, ACT (acceptance and commitment therapie). Alles wordt afgestemd met de psychologen op wat je al aankan en op de connectie met je baby’tje. Na een zestal weken slaapt ze beter en kan ook ik haar zonder al te lang gekrijs en protest in haar bedje leggen. Eerst lukt het overdag en nadien lukt het ook s avonds alleen.

 

Dag per dag

 

Na 8 weken kunnen we eindelijk de borstvoeding afbouwen en weigert ze haar flessen niet meer. Ook dit was een moeilijk parcours met proberen. G., de oudste verzorgster van de dienst, kan B. een flesje geven. Enkel bij haar weigert ze dit niet. Uiteindelijk leert ze ook bij mij een flesje drinken. 

 

Na 10 weken volgt de ontslagfase. Eens je beter bent, mag je in het weekend of eens in de week terug naar huis om te proberen of het goed gaat.. Eens je definitief naar huis mag, word je verder opgevolgd door een team thuisbegeleiding indien nodig. Ook zij doen dat heel erg goed. Je voelt je ergens gesteund door hen, in de wereld daarbuiten van mensen die het toch allemaal niet zo goed begrijpen. Onbegrip is wel nog standaard voor moeders die het psychisch moeilijk hebben. Want je hebt toch alle geluk met je kindje, nietwaar? 

 

Ik heb daar heel wat bijgeleerd, maar het blijft soms moeilijk. Mijn dochter slaapt nog steeds heel moeilijk en eet o zo moeizaam. En ik maak me nog altijd o zo snel zorgen. Je verandert jezelf niet op 1,2,3. 10 weken is al een hele tijd en daar kon ik mijn borstvoeding afbouwen nadat de slaaptraining beter lukte en ze al een beetje beter at. Maar het blijft iets van dag tot dag. 

 

Soms voelde onze opname een beetje als een gevangenis, zeker in tijden van Corona. Enkel de papa’s konden langs komen op de kamer en ander bezoek kon buiten voor een half uurtje. Mijn vriend was op zich wel verschoten in de eerste plaats dat een opname nodig was. Hij had niet door hoe erg het was. Eens we werden opgenomen heeft hij ons heel hard gesteund, hij kwam dagelijks op bezoek en als ik ‘s avonds mijn boterham at met de mama’s dan had hij even tijd met B. alleen op mijn kamertje. Door corona tijden mocht hij enkel op de kamer of buiten en niet in gemeenschappelijke ruimtes. Hierdoor hadden de papa’s ook weinig contact met elkaar. Misschien is dit buiten Corona tijd wel anders, maar in de periode dat wij er zaten werden de vaders toch wel vergeten in gans dit verhaal. Hij kreeg wel een gesprek met een verpleegkundige en we hadden 2 koppelgesprekken bij beide psychologen. Daar houdt hij een positief gevoel aan over, want nu gaat hij ook vaak bij de psycholoog om aan enkele zaken voor zichzelf en als koppel te werken. 

 

Gemengde gevoelens

 

Als ik terugkijk op deze periode heb ik gemengde gevoelens. Ik ben heel erg dankbaar dat ze ons daar zo goed hebben geholpen, maar aan de andere kant blijf ik me toch ook schuldig voelen. Wou mijn kindje niet gewoon wat langer borstvoeding? Was dit geen sprongetje van een kindje met een te vermoeide moeder die geen hulp durfde te vragen? Die angstig was om haar kind los te laten? Is dat niet allemaal ‘normaal’ als je de eerste keer moeder wordt? Met de psychologe blijf ik eraan werken. Want telkens zegt ze dat het net goed is dat we die stap hebben gezet en hebben gezocht naar hulp. Dat. Is. Moedig! 

 

Ik hoop dat ik met mijn verhaal ook andere moeders die het even niet meer weten kan helpen. Er is hulp! En het kan ie-de-reen overkomen. Je kiest er niet voor om het moeilijk te hebben. 

 

 

Nuttige links: 

Wolk in mijn hoofd

Informatie over Karus, het centrum voor moeder en baby 

 

Deze getuigenis werd anoniem ingezonden. 

Wil jij ook graag je verhaal delen met andere mama's? Stuur me dan vrijblijvend een mailtje.

 

 

Verwante artikels